Pyreneeën, 2010
Aire des milles étangs op de A20 in de buurt van Chateauroux, richting Limoges...Vrijdag-ochtend 3 september, 5 u 's morgens... Ik trek mijn ogen open en zie door de zijramen dat op de parkeerplaats naast de onze een defender bultneus staan..met daktent.. Leo is aangekomen, en ik sluit mijn ogen opnieuw... veel te vroeg om na te denken... Om 7 uur sta ik op, enfin, ik kruip in mijn broek, en schuif op de voorzetel om uit stappen..Leo staat er ook, blijkbaar iets minder fris dan ik, want die is om middernacht vertrokken om in ons in te halen, en heeft bijgevolg de laatste 24 uur niet geslapen.
Even later is Jan (mijn zoon en copiloot) ook wakker en gaan we een koffie drinken. Jan en ik beginnen stilaan goed wakker te worden... bij Leo helpt geen koffie meer, die is al te lang wakker... We spreken af dat Jan het stuur van Leo overneemt en dat we zo tot Andorra rijden.. Na een flink aantal uurtjes rijden, komen we in de buurt van Foix... hier houdt de "grote" weg op, en gaat het via Ax-Les-Thermes richting Andorese grens. Die bereik je niet zonder een fikse klim waarbij de mijn 300Tdi regelmatig flink moet worden teruggeschakeld. Leo's bultneus heeft daar wat minder moeite mee...(Al moet ik er aan toevoegen dat mijn 110 met zijn standaard bijna-80 liter tank een langere adem heeft dan die van de 90...)
Eenmaal aan de grens valt het me op dat hier wel een en ander is gemoderniseerd sedert mijn laatste bezoek met de motorfiets zowat 10 jaar geleden. De voormalige grenspost is nu een nieuw uit de kluiten gewassen gebouw met alles erop en eraan (inclusief de immer verveeld kijkende ambtenaren - worden ze daar echt op geselecteerd? -) terwijl de oude grenspost een paar haarspeldbochten verder er een beetje verweesd bij ligt. Tijd om te tanken, en dat de brandstof in Andorra goedkoper is zal je geweten hebben... Het eerste station is een mega station, waar je echter enkel cash kan betalen...Hmmm, cash, da's iets wat ik niet (voldoende) bijheb. Geen nood, een bijdehandse bank heeft een ATM geplaatst en je kan daar de nodige euro's uit de muur halen. Eenmaal volgetankt vervolgen we de reis. We zijn op weg naar een camping in Canillo, gespot via google earth en blijkbaar 1) niet te groot en 2) makkelijk te vinden langs de hoofdweg. Het is zowat rond 18h00 als we de camping oprijden. Behalve een caravan vol spaanse MTB'ers, een vlaams koppeltje uit Mol en een Brit (voorzien van recente MG, een tent en gezelschapsdame) is de camping leeg. We plaatsen ons strategisch op (helemaal aan 't eind van de camping), Leo plooit zijn daktent open, ik zet m'n Oztentje recht en nog geen half uurtje na aankomst genieten we van een fris pintje... Na het eten (rijst met wat er nog aan vlees en groenten vooradig is), maken we een kleine wandeling in de buurt. Hier en daar vinden we een verwijzing naar Karel De Grote, maar ons Catalaans is niet voldoende op peil om alles te kunnen vertalen... Blijkbaar heeft Karel De Grote toch wel ergens een relatie met dit berg- (en dwerg-) staatje.Veel gelegenheid is hier niet om op dit uur nog geld uit te geven... Alles is blijkbaar op de wintersport gericht en in de zomer heb je daar weinig aan... We keren terug naar de camping en gaan dan maar vroeg slapen.
Zaterdag, 4 september.
Ik wordt wakker rond 7h00, maar vindt het nog te vroeg om op te staan... Rond 8h hoor ik ook in de andere tent beweging, en ik beslis dan ook maar op te staan. Jan wordt er ook "uitgeschopt" en na een ontbijt en misschien laatste douche voor een aantal dagen, vertrekken we richting Sant Julia de Lorià. Daar begint het roadbook. Onderweg willen we nog even stoppen om wat brood en voedingsmiddelen te kopen, maar behalve benzinestations en garages kan ik niks localiseren wat lijkt op een bakker of kruidenier. Ze leven hier blijkbaar van benzine, diesel en motorolie.... In Sant-Julia is het heel even verwarrend om het begin van het roadbook te vinden, maar we we vangen gewoon de steile klim aan naar Axirivall, en we blijken inderdaad goed te zitten. Na een aantal kilometers, waarbij de weg steeds smaller wordt, komen we op de onverharde wegen terecht. De aanduidingen zijn vrij duidelijk, alleen blijkt de kilometer-teller het niet altijd eens te zijn met het roadbook... even wennen dus, en regelmatig op nul zetten. De copiloot doet het niet slecht dus dat valt ook al mee. Leo tuft gezapig achter mij aan in mijn stofwolk. We steken de Spaans-Andorese grens over in een karrespoor, mijlenver verwijderd van alle huizen... geen grenscontrole hier. Nu ja, we hebben toch niks aan te geven, dus veel verschil maakt het niet.
Na een tijdje beklimmen we de volgende col in de rij. Eenmaal boven kijk ik "over de rand" en vloek even binnensmonds... De weg is ... weg. Rechts een soort geul ( uitgesleten door regen? En vrij steil naar beneden), links rotsen, hobbelig vrij steil naar beneden maar niet echt wat je een "spoor" noemt... Het roadbook geeft geen indicatie. Dan maar even verder gekeken dan mijn neus van de defender lang is, en 50 meter verder (en een kleine 10 meter lager) aan de linkse kant zie ik opnieuw een gravelspoor naar rechts verder gaan. t'Is dus naar links (denk ik). In zijn lage 1, laat ik de defender stationair naar beneden gaan. Eenmaal aan het gravelpad lukt het me om na het nodige manoeuvreren het gravelpad op te rijden. Naast het gravelpad is er de eerste 50 meter naar beneden niks... of er nog dieper wel iets ligt hoef ik echt niet te weten. Nu ja, ik ben er. En zonder problemen. Als het nog extremer wordt dan dit, dan belooft het wat. Leo heeft het iets makkelijker hier, zijn 90 is niet zo lang en kan iets makkelijker de bocht nemen. We rijden rustig verder en volgen het roadbook.
Mooie uitzichten, desolate landschappen, bergkammen, valleien, 't is er allemaal... Ook het weer valt mee. T'was vanmorgen vrij koud in Andorra, maar dat is intussen lang geleden en de temperatuur stijgt van aangenaam warm naar heet. Een volgende col ziet er iets minder verlaten uit. Hier komen we een aantal spanjaarden tegen die van het weer komen genieten. Even rondkijken, een pause om de benen te strekken en te genieten van de stilte. Tot we weer de auto instappen en onze weg vervolgen. Zo wordt het middag en na wat asfalt (mag ook wel eens), duiken we weer de karresporen in. De middagpauze is vrij kort, een stukje brood, wat beleg, een slok water, en we zijn weer op weg. In de namiddag krijgen we afwisselend asfalt en onverhard. We komen eindelijk in de buurt van de bewoonde wereld en het wordt tijd om wat mondvoorraad in te slaan. In La Sue d'Urgell blijkt het markt te zijn. We vinden er een bakker en een slager. Meer hebben we niet nodig. Vlug een terrasje op, biertje drinken, en wegwezen.
De rest van de namiddag kunnen we ons verder vermaken tot we rond 16h00 weer het asfalt oprijden. We stoppen even en spreken af dat we vanaf 17h00 beginnen uitkijken naar een kampeerplaats. Even later krijgen we het volgende stuk onverhard en omdat het rond 17h30 is besluiten we' een aantal km verder een zijweg in te draaien een kleine vallei in. Een stukje grasland ligt uitnodigend naar ons te lonken. 't Is besloten, hier slaan we onze tenten op. Een half uurtje later zijn we geinstalleerd en kunnen we gaan aperitieven. Na de barbeque zitten we nog wat na te praten bij 't licht van de gaslamp. Er is op wat cicades en een uil na niks te horen. Dit is pas rustig. Rond 22h00 ronden we de dag af. Licht uit, en de sterrenhemel nog even bewonderen zonder licht-pollutie, en dan moe maar tevreden de slaapzak in.
Zondag 5 september
Ik wordt wakker omdat Jan diagonaal op de matras ligt en ik er ben afgerold. Een flinke por haalt niet veel uit. Dan maar opstaan, 't is tenslotte al 8 uur. Leo is er ook vroeg bij en na de koffie wordt Jan ook "vriendelijk" verzocht wat actiever te worden. Alles wordt opgeruimd en we laten de kampeerplaats achter alsof we er nooit geweest zijn. Terug op weg. Via verlaten wegen krijgen we heel wat natuur te zien. Het varieert van bossen tot de droge woestenij op grotere hoogte. We rijden op een verlaten weg, waar de defender zich in zijn element voelt. Stenen, putten, groeven, grint, 't is er allemaal... Ik bedenk bij mezelf dat je hier toch wel een 4x4 nodig hebt, of je komt er niet. Dan draai ik de bocht om en moet uitwijken voor een geparkeerd voertuig. Ik kijk een beetje verwonderd, en vraag me af in hoeverre ik hier voor l*l rij... Ik met mijn stoere 4x4 midden in de pyreneeën op een weggetje waar de gemiddelde boer bij ons zijn tractor niet aan waagt... ik moet uitwijken voor een geparkeerde wagen, een spaans peugeot bestelwagentje dat laconiek in de berm geparkeerd staat. Dan voel je je echt wel een beetje idioot. Die spanjaard tuft hier met zijn huis- tuin- en keuken- bestelwagen op wegen waar wij een 4x4 menen nodig te hebben.. Hmmm, toch maar even nadenken over de zin van het leven en de 4x4... Maar we moeten verder...Leo neemt vanaf hier de leiding met Jan als copiloot. Kwestie van het stofvangen een beetje eerlijk te verdelen.
We komen in een bosrijke omgeving terecht waar gekapt wordt, en dalen via een ietwat modderig bospaadje de heuvel af. Alles gaat goed tot er vanuit tegengestelde richting een vrachtwagen de bocht doorkomt en langzaam onze richting uitkomt. Ik dacht dat de weg nauwelijks breed genoeg was voor mijn auto, en daar komt die vrachtwagen me tegemoet, volgeladen met boomstammen. 't Is geen kleintje, een uit de kluiten gewassen 6x6. Mekaar hier kruisen is onmogelijk. Dan maar alletwee achteruit, terug de berg op. Een beetje verder kan me in de haarspeldbocht aan de binnenbocht in de berm duwen. Leo zoekt het nog wat hogerop. De vrachtwagen komt terug in beweging, blaast nog een flinke roetwolk mijn open raam in als ie me langskomt, en draait de bocht in. Hij stopt, op een paar cm van mijn defender. Ik rij voorzichtig nog een half metertje vooruit, en de vrachtwagen kan langs... Fijn dat we dit ook weer gehad hebben. Leo neemt weer de leiding en ik merk het verschil tussen zijn bultneus en mijn 300 Tdi. Waar hij rustig in 1ste hoog verder rijdt, moet ik continu schakelen van 1ste naar 2de. Te traag voor 2de als 't wat steiler wordt, te snel om in 1ste te blijven. Uiteindelijk keer ik terug naar mijn lage versnellingen en dat geeft wat meer keuze... Uiteindelijk na de zoveelste col komen we op een betonweggetje uit. Dit gaat flink naar beneden... zelfs in 1ste moet ik nu en dan remmen om het toerental in bedwang te houden. Ik meen me een bordje te herinnneren dat waarschuwt voor een afdaling van 20%. Dat blijkt. Maar ook dit is tijdelijk, en zowel de afdaling als het beton kent een eind. Dan volgt nog een flink stuk asfalt en gezien het gevorderde uur, wordt een kampeerplaats opgezocht. Leo draait op een hoofdweg een camping op. We kunnen intussen allemaal wel een douche gebruiken. We zijn de enige op de camping tussen de verlaten caravans. We plaatsen ons in een hoekje van de camping, en installeren de tenten. Het gaat allemaal al behoorlijk vlot. En na minder dan een half uurtje zitten we te aperitieven. Vlees wordt gebraden op de barbeque en nadien wordt nog wat gedronken en praten we nog wat na over de voorbije dag.
Maandag 6 september
Ik word wakker rond 7h00 (macht der gewoonte noemt men dat dan...). Ook Leo is er vroeg bij. Jan moet naar aloude gewoonte iets nadrukkelijker gewekt worden. Na de obligate koffie, rollen we onze matten op en vertrekken. Alleen een zwartgeblakerd stukje gras waar de barbeque stond blijft als herinnering aan 3 Belgen. Iets verderop langs de hoofdweg is een tankstation en, je voelt je bijna thuis, een Lidl. De auto voorzien van diesel en wij van de nodige mondvoorraad en we pikken terug aan op het roadbook. De dag verloopt zoals de dagen ervoor. Offroad en hier en daar een verbindingstuk met asfalt. We krijgen waar voor ons geld. Op een bepaald moment houdt Leo, die nog steeds voorop rijdt, halt. We komen een aantal tegenliggers tegemoet in de vorm van een 6 à 7tal motorrijdende belgen die hier wat enduro-ervaring komen opdoen onder leiding van een gids. De gids, samen met zowat de helft van het gezelschap, is voorzien van een (dikke) KTM . De rest is voorzien van (nog dikkere) BMW GS'en. De kledij van de gids (Helm, zonnebril, T-shirt, korte broek) staat in schril contrast tot de (overcomplete) uitrusting van de deelnemers, waarvan sommigen aan de houding te zien, het (nog) niet zo begrepen, hebben op grote steenblokken en los zand...Leo slaat een kort praatje met de gids, en met rood aangelopen gezichten (voor zover zichtbaar onder helmen,stofbrillen, maskers en ander futuristisch aandoende attributen) vertrekt de hele ploeg in het kielzog van de gids.
Het wordt middag, namiddag, de kilometers rijgen we aan elkaar. Rond 17h00 maak ik er Leo nog even op attent dat we nog een "slaapplaats" moeten opzoeken als nog geen 5 minuten later de gedroomde slaapplaats zich aandient. De weg komt hier net een heuvelrichel over, en links loopt een nog zelden gebruikt pad naar de ruine van wat ooit een hoeve is geweest. We rijden richting de ruine, en eenmaal op het voormalig "erf" zijn we onvindbaar voor iedereen die niet doelgericht het erf oprijdt. De tenten worden "ontplooid" en de barbeque wordt opgestookt op een rotsig stukje, zodat we morgen niet weer een merkteken achterlaten . Terwijl de barbeque op temperatuur komt, komt er meer en meer bewolking opzetten en in de verte is er gerommel hoorbaar. We hopen in alle stilte dat het niet begint te regenen vooraleer het vlees gaar is. Uit voorzorg monteer ik de luifel aan mijn tent, dan kunnen we toch droog zitten als 't regent. Ik vertrouw het weer niet en sla nog wat extra tent-haringen in grond. De regen blijft voorlopig uit en we kunnen ongestoord van het avondeten genieten.
Het blijft echter rommelen en het onweer komt toch dichterbij. Bliksemflitsen zijn nu ook her en der zichtbaar. Windvlagen worden afgewisseld met windstilte. We laten het niet aan ons hart komen en drinken er een frisse pint op. Rond 22h00 is het welletjes en zoeken we de slaapzakken op. Het blijft echter waaien en de wind gaat niet meer liggen. Regen is nu ook van de partij. De luifel klappert enorm in de wind, maar ik voel er niet veel voor om de slaapzak te verlaten en in de regen de luifel op te ruimen of beter aan te spannen. Uiteindelijk, net als ik besluit er toch wat aan te doen, want zo valt ook niet te slapen, vallen de tenstokken er onderuit na een flinke windvlaag en wordt het stil. Prima, ik kan slapen (en Leo nu ook, blijkt 's anderendaags).
Dinsdag 7 september
We komen stilaan in de lager gelegen gebieden en collioure is niet meer zo veraf. Het weer blijft bewolkt met nu en dan een opklaring. Via een laatste bergpas steken we de grens over en rijden Frankrijk in. Op de grens staat een BMW motorfiets te pronken met daarnaast een flink uitgedoste motorrijder, omgeven door een aantal dames en een fotograaf. Blijkbaar wordt hier een modespecial voor de motorrijder voorbereidt. Het zal mij vandaag worst wezen, ik wil de laatste off-road kilometers ook nog doen en we rijden verder, nu op Franse bodem. De laatste kilometers onverhard krijgen we zonder problemen en met de nodige doorwadingen ook afgewerkt. Dit moet in de winter bij hogere waterstanden zeker de moeite zijn...het einde van het roadbook. We rijden richting collioure-dorp en volgen de wegwijzers naar de eerste de beste camping op "collioure-plage". Het is hier best toeristisch en wild kamperen zou hier wel eens wat minder getolereerd kunnen worden. De camping heeft heel duidelijk betere tijden gekend, maar er is plaats, de prijs valt nog mee, en er is stromend warm en koud water. Dat volstaat. Dat er een bar is, is meegenomen. Er wordt dan ook nog goed gebruik gemaakt van de bar, en na de avondmaaltijd gaan we gezellig door tot alle wijn op is. Het weer laat zich van zijn slechtste kant zien. Ach ja, 't was gezellig en mooi, en meer moet dat niet zijn.
Woensdag 8 september
Terug naar huis.
Continu regen van parijs tot antwerpen.
Welkom thuis.